Ronald Koeman is absoluut niet te spreken over de manier waarop het Nederlands elftal zich gedroeg in de laatste fase van het EK-kwalificatieduel tegen Griekenland (0-1). Langs de zijlijn stond de bondscoach zichzelf naar eigen zeggen op te vreten.
Koeman schreeuwde zijn stem schor, maakte wilde gebaren en probeerde met een aantal wissels de boel weer op de rit te krijgen, maar het mocht allemaal niet baten. "We hadden de wedstrijd al lang moeten beslissen en toen zag ik dingen gebeuren die ik absoluut niet wil zien...", verklaart hij na afloop bij de NOS. Uiteindelijk bracht een benutte penalty van Virgil van Dijk enige verlichting.
Wat de bondscoach precies zag? "Spelers waren totaal niet bezig met hun posities. Het was bijna onmogelijk om Denzel (Dumfries, red.) te bereiken, omdat hij constant hoog bleef staan. Ook bleven de buitenspelers aan de binnenkant hangen, terwijl ze juist verantwoordelijk waren voor hun backs. We werden slordig, mede door het alles-of-niets-spel van de Grieken."
